Categoriearchief: Kwestie Borculo

Kalenderproblemen bij de datering van de inbezitname van Borculo en Lichtenvoorde in 1615-1616

'Borckeloe' op de rivierenkaart van Oost-Nederland, laatste kwart 16de eeuw. (SAD, archief Schipbeek)
‘Borckeloe’ op de rivierenkaart van Oost-Nederland, laatste kwart 16de eeuw. (SAD, archief Schipbeek)

Nu het gebied van de voormalige Heerlijkheid Borculo-Lichtenvoorde kan beginnen aan een jubileumjaar bij gelegenheid van de herdenking van de 400ste verjaardag van het vonnis van het Hof van Gelre en Zutphen, waarbij de Heerlijkheid werd toegewezen aan graaf Joost van Limburg en Bronckhorst, zijn er eerst enkele onduidelijkheden op te lossen in verband met de precieze datering van de achtereenvolgende te herdenken gebeurtenissen. Het belang van het vonnis ligt vooral in het feit dat (achteraf gezien) het gebied van de Heerlijkheid Borculo daardoor definitief ‘Nederlands’ werd. Bij de omrekening van de kalenderdata ga ik uit van de datums die graaf Joost genoteerd heeft in zijn dagboek, dat loopt over de jaren 1609-1620. Het werd in 1956 gepubliceerd. De onderstaande tabel is op gegevens uit dit gedrukte dagboek gebaseerd.[1]

Datum dagboekitems Dagboekitems over het vonnis van 1615 en de inname van Lichtenvoorde en Borculo Nieuwe stijl ( = huidige kalender
1615, dec. 20 ‘stilo antiquo ist myr das urthel zuerkant angehendet die Herrschafft Borckelhoe (Lichtenfort cum suis)’ 1615, dec. 30
1615, dec. 27[2] ‘haben dy heren des haves von Gelderlandt die gedeputierden und die burgmeisters der Grafschafft Zutphen Lichtefort ingenhomen und mir in possession gestelt’ 1616, jan. 6 [3]
1615, dec. 28 ‘possessionem accipirt in der herschafft Borkelhoe auff dem platten lande, als nemptlich Eibergen, Nede, Geistern, Gelseler unnd in dem stetgen der hern patenten angeschlagen’. 1616, jan. 7
1616,  febr. 24[4] ‘ingnhomen Borkelhoe’ 1616, maart 5

 

Bij de genoemde data moet rekening gehouden dat graaf Joost de ‘kalender oude stijl, d.w.z. die van vóór de kalenderhervorming van het Concilie van Trente, hanteerde. Die katholieke kalenderhervorming werd door de lutherse graaf Joost en door het calvinistische gewest Gelderland niet meteen overgenomen. Gelderland (en daarmee ook de Heerlijkheid Borculo) ging pas in 1700 over tot de nieuwe  Gregoriaanse kalender.  Het Concilie van Trente (1545-1563) paste de kalender aan, omdat die in de loop van de eeuwen achter was gaan lopen. Tot 1 maart 1700 moesten bij de oude kalender 10 dagen worden opgeteld. Anders gezegd, dat aantal dagen werd eenvoudigweg overgeslagen. Maar soms werden beide data genoteerd. Dat gebeurde dan door middel van een breuk (zie afb.). Het Concilie besloot de Juliaanse kalender (sinds de aanpassing ook wel ‘oude stijl’, ‘stilo vetere’ en ‘stilo antiquo’ genoemd) te vervangen door de Gregoriaanse kalender, die daarom ook wel aangeduid werd als ‘nieuwe stijl’, ‘stilo novo’, ‘stilo reformato’. Het was paus Gregorius XIII, die de kalender in Italië in 1582 invoerde, waardoor op 4 oktober 1582 meteen 15 oktober 1582 volgde. Het bisdom Münster, en daarmee ook Borculo, dat sinds 1579 onder rechtstreeks Münsters bestuur stond, voerde in 1583 de Gregoriaanse kalender in.  Op de 17de november volgde de 28ste november1583.[5] Dat ook het stadsbestuur van Borculo de nieuwe stijl hanteerde, blijkt o.a. uit de vermelding in het stadslegerboek van de brand van 5 september 1590, ‘stylo reformato’, waarbij de hele stad, met uitzondering van enkele huizen in het ‘vurstedeken’ Borculo in vlammen opging.

Fragment uit een Borculoos pachtcontract uit 1640. Boven de streep de ‘nieuwe kalenderstijl’, eronder de ‘oude stijl’
Fragment uit een Borculoos pachtcontract uit 1640. Boven de streep de ‘nieuwe kalenderstijl’, eronder de ‘oude stijl’

Met de overgang naar Zutphen/Gelderland, viel Borculo weer terug op de oude kalender, die door de nieuwe heer en lutherse graaf Joost van Limburg en Bronckhorst toch al gebruikt werd. Het kon in onze contreien dus regelmatig voorkomen, dat een brief van een inwoner van het katholieke vorstbisdom Münster, dat de kalenderhervorming in 1582 had doorgevoerd, nog vóór de briefdatum aankwam in het protestantse Gelderland, dat tot en met 30 juni 1700 nog de Juliaanse kalender gebruikte. Op 1 juli oude stijl volgde in Gelderland 12 juli nieuwe stijl, een verschil inmiddels van 11 dagen. Het Hof van Gelre en Zutphen stelde op 24 mei 1700 het volgende uitvoeringsbesluit vast:

‘De Heeren raden en gesanten van de churfursten, fursten en heren van de Augsburgse Confessie te Regenburg vergadert, H.Ho.Mog. verzoekende, dat desen staat den verbeterden Juliaansen Stijl mede aanneemen en te introduceeren, gelijk haare heeren principalen, door het [weg]laten van elf dagen na den 18 februarii van den ouden stijl deses jaers reets gedaan hadden, gelijk ook de koning van Denemarken, zoo als bij ’t Hoff namens de heeren staten een placaat geëmaneert, waarbij den nieuwen stijl word geïntroduceert, zullende aanvang nemen met den eersten julii ouden stijl aanstaande, wanneer men schrijven zal den twaalfden, zonder dat hiermede verkort zullen worden eenige praescriptien van actien, verwinning, tinsen, renten, huuren van huysen, landen ende dienstboden, obligatien, wisselbrieven etc., ook niet landsmiddelen die met de maand of week betaalt worden, die alle ten vollen zullen moeten worden voldaan, evenals of van de maand julii geen 11 dagen waren gekort, zullen na ’t eyndigen van dit jaer, alle termijnen van betaling gereekent worden op dezelve wijse als tevoren en alsof dese verkorting nooit geschied waren, 24 maii 1700.’

De nieuwe kalender werd niet de Gregoriaanse genoemd, want dat zou een protestantse erkenning zijn van het gelijk van het Concilie van Trente (1545-1563)  en paus Gregorius XIII (1582), dat tot deze kalenderhervorming had besloten, maar eufemistisch ‘den verbeterden Juliaanschen Stijl’, genoemd naar Julius Caesar. De Juliaanse Stijl of kalender is de kalender oude stijl en wordt tot op de dag van vandaag nog in Russisch-orthodoxe kringen gebruikt.

Herdenkingsdata 2015-2016
De omrekening betekent, dat de herdenking van de 400ste verjaardag van het vonnis van het Gelderse Hof nog net in 2015 gevierd kan worden, nl. op 30 december. De herdenking van de inbezitname, respectievelijk inname van achtereenvolgens Lichtenvoorde, het platteland van de Heerlijkheid Borculo en de stad Borculo, kunnen dan plaatsvinden op 6 januari, 7 januari en 5 april 2016.

Bennie te Vaarwerk

[1] Günter Aders, ‘Das Tagebuch des Grafen Jobst von Limburg-Styrum († 1621)’, in: Mühlheimer Jahrbuch 1956, blz. 21-26.

[2] Deze datum wordt ook gehanteerd door A.P. van Schilfgaarde, De graven van Limburg Stirum in Gelderland en de geschiedenis hunner bezittingen, eerste stuk (Assen 1961), blz 132.

[3] Th.A.M. Thielen, Geschiedenis van de enclave Groenlo-Lichtenvoorde (Zutphen 1966), blz. 69 noemt 10 januari 1616 als datum waarop ‘troepen van de Staten van Gelder onder leiding van kapitein Kreijnck Lichtenvoorde bezetten voor Joost van Limburg Stirum’. Hij baseert daarbij zich op publicaties van Floris der Kinderen en W. Baudartius. Die datum is dus niet juist berekend.

[4] Thielen, a.w., p.69, noemt hier 25 februari 1616. Hij was niet op de hoogte van de afzonderlijke aanvaarding van de heerlijkheid over het platteland van Borculo op 28 december 1615 o.s.

[5] Voor de berekening van oude stijl naar nieuwe stijl, zie o.a. deze link: http://nl.wikipedia.org/wiki/Gregoriaanse_kalender. En natuurlijk het aloude Taschenbuch der Zeitrechnung des deutschen Mittelalters und der Neuzeit van Hermann Grotefend (Hannover 1991, 13e druk)