Categoriearchief: Voogdij Eibergen

Drie zestiende eeuwse belastingregisters

De transcriptie van de verpondingskohieren uit 1646 wordt al jarenlang veel gedownload. In 2003 werd in deel 9 van de Kleine Reeks. Verhalen over de geschiedenis van Stad en Heerlijkheid Borculo een transcriptie geplaatst van drie zestiende eeuwse belastingregisters van de heerlijkheid Borculo. Schatting is een oud woord voor belastingheffing op vermogen. De registers dateren uit respectievelijk 1529, 1553-1554 en 1570-1571. Zij geven een inzicht in de bevolkings- en nederzettingsgeschiedenis, boerderij- en familienamen per buurschap, rijkdom en armoede en het verloop daarin gedurende 50 jaar. Op www.heerlijkheidborculo.nl is vandaag een bewerking geplaatst van de in het Gelders Archief berustende afschriften (kopiexebn) van de originele registers in het Staatsarchiv Mxfcnster (tegenwoordig Abteilung Westfalen). De stadjes Borculo, Eibergen en ook Lichtenvoorde waren hoogstwaarschijnlijk vrijgesteld van deze belasting, want men treft ze niet aan. De transcriptie was geen eenvoudige klus, waarbij de omstandigheid meespeelt dat ook de afschrijver het er al moeilijk mee had toen hij de originelen omstreeks 1600 afschreef. Vandaar dat het kan gebeuren dat sommige namen nogal vreemd geschreven zijn. Het is te hopen dat de originelen nog eens gevonden zullen worden. Voor een uitgebreide toelichting en achtergronden wordt verwezen naar het genoemde deel van de Kleine Reeks.

Het erve Borkink in Hupsel en eigenhorigen in de Heerlijkheid Borculo

Het in Hupsel gelegen erve Borkink wordt al genoemd in het leenregister van bisschop Floris van Wevelikhoven van Munster (1364-1379). In 1379 werd deze bisschop verplaast naar de zetel van Utrecht. De leenman van de Munsterse bisschop was Willem Slintwater die uit Borkink 1 molder rogge “Groenlose maat” en de tiend van de tuinvruchten kreeg. Hier bestond het leen dus uit een rente en een tiende. Borkink was een gewaard erf in de buurschap Hupsel. Na 1646 is het gesplitst in Borkink en Wessels.
In 1681-1682 werd er een proces voor het Hof van Gelderland gevoerd, waarin Hupselse erven en boeren een belangrijke rol vervulden. Dat proces geeft een goed inzicht in de (restanten van de) eigenhorigheid in de Heerlijkheid Borculo. De voogd van Eibergen was opzichter over deze bijzondere categorie horigen (akte van aanstelling voor Berent van der Wijck van 12 mei 1638). Het proces ging tussen Fredrick van der Wijck, als voogd en opzichter over de eigenhorige lieden, en de gezamenlijke erfgenamen van Beernt Doeven in Hupsel, en ging over het erfrecht. Bij het overlijden van een eigenhorige vervielen alle goederen aan de Heer van Borculo. De erfgenamen konden dit erfrecht van de heer afkopen. Dat de erfgenamen niet blij waren met dit erfrecht spreekt voor zich en het werd dus ook aangevochten, zoals in het geval van Doeven. In de juridische strijd worden tal van getuigen gehoord en afschriften van nalatenschappen van andere eigenhorigen gemaakt en van andere zaken die op de rechtspositie van de eigenhorigen in de Heerlijkheid Borculo en daarbuiten (Vreden) betrekking hebben. In het document zijn een samenvatting van de inhoud van het proces en van de bijlagen opgenomen. Het betreft o.a. eigenhorigen uit de families Geerdink (Haarlo), Blecken of Bleken (Neede) en te Ruller en getuigenverhoren van Borckinck en anderen. In dat getuigenverhoor van 17 januari 1680 verklaart Jan Borckinck omstreeks 70 jaar oud te zijn en niet op het goed Borckinck geboren te zijn. Dergelijke processen bevatten vaak (veel) oudere stukken, meestal in afschrift, maar soms ook originelen die voor een boerderij- en/of familiegeschiedenis van enig belang kunnen zijn waar doop-, trouw-, lidmaten- en/of begraafregisters geen informatie bieden of simpelweg niet aanwezig zijn. De stukken laten ook zien dat de bewoners zich noemden naar de boerderij waarop zij woonden.

Samenvattingen belastingaangifte op erfenissen, 1795-1802

De serie samenvattingen van belastingaangiften en de daarover genomen besluiten c.q. beschikkingen inzake  de zgn. collaterale successie van de gedeputeerden van het Kwartier van Zutphen en hun rechtsopvolgers, is compleet voor wat betreft de Heerlijkheid Borculo met de publicatie van de jaren 1795-1797 en 1798-1802.

Nieuwe index en kleine bronnenpublicatie

Opnieuw is een omvangrijke index aan de website toegevoegd. Het betreft de index op inv.nr. 423 van het oud-rechterlijk archief van Stad en Heerlijkheid Borculo: Protocol van opdrachten en bezwaren voor het landgericht, 1761 – 1764.

In het kader van de kleine bronnenpublicaties is aan de categorie “Borculose sprokkels” een samenvatting toegevoegd van de resoluties van gedeputeerden van het Kwartier van Zutphen inzake de collaterale successie. Het betreft samenvattingen van (oud) inventarisnummer 342 van resoluties die goederen onder de heerlijkheid Borculo en (soms) omgeving betreffen. De bron laat zien dat men het ook toen al schortte aan een goede belastingmoraal. De collaterale successie, een belasting op erfenissen, vormen een zeer rijke bron voor familierelaties, vermogendheid, huis-, boerderij- en veldnamen. Indien men het origineel wil inzien (in het Gelders Archief) moet men de concordans in het Gelders Archief (of via de website) raadplegen om het huidige inventarisnummer te achterhalen.

Tip: Gebruik de zoekmachine op de hoofdpagina om allerlei varianten op familie- en persoonsnamen te vinden door “advanced search” te kiezen en dan te klikken op “index”. Er gaat een wereld aan mogelijkheden open.

Belasting op erfenissen en overdrachten van onroerend goed

Successie of belastingheffing op erfenissen is iets waar iedereen mee te maken krijgt. In de periode voor 1811 werd deze belasting ook geheven, maar is soms wat moeilijk terug te vinden. In het Kwartier van Zutphen, waartoe de Heerlijkheid Borculo vanaf 1616 behoorde, is er een vrij nauwkeurige registratie bewaard gebleven vanaf 1768. Voor historisch gexefnteresseerden en genealogen bevatten deze registraties een schat aan informatie: wie was de erflater? Wie waren de erfgenamen? Waar kwamen ze vandaan? Waaruit bestond die nalatenschap? Was de erflater rijk of arm? Kortom er worden veel familierelaties blootgelegd. Men komt iets te weten over de herkomst/woonplaats van de erflater en waar het nagelaten onroerend goed lag. Er worden veel boerderij- en veldnamen genoemd. Kortom een niet te missen bron. Op de pagina Borculose sprokkels (www.heerlijkheidborculo.nl) zijn samenvattingen te vinden van aangiften uit de heerlijkheid Borculo (en soms ook uit de omgeving) uit de jaren 1768-1779.