Categoriearchief: Oude Mattheus Eibergen

Kerkelijk Borculo bij de aanvang van de tweede Münsterse bezetting in 1672

Arend Heideman geeft op maandag 24 april 2017 uitleg bij de gedenksteen in de muur van de Protestantse kerk van Eibergen, in 1953 geplaatst ter gelegenheid van de 300ste verjaardag van de intrede van Willem Sluiter.

Afgelopen maandag, 24 april, vond een bijzonder geslaagde bijeenkomst over de Eibergse predikant-dichter Willem Sluiter (1627-1673) plaats in Museum De Scheper. Inspirator daarvan is oud-journalist en Sluiterkenner Arend Heideman uit Gelselaar. Deze bijeenkomst en een al eerder door mij genomen initiatief om te komen tot een meer zichtbare plek voor Willem Sluiter in het centrum van Eibergen, was aanleiding om nog eens te kijken wat er aan artikelen klaarligt over de periode waarin Willem Sluiter werkzaam was in Eibergen. In 2018 willen we in Eibergen herdenken dat Willem Sluiter 350 jaar geleden, nl. in 1668, zijn bekend(st) geworden dichtregel publiceerde:

‘Waer yemand duysend vreugden soek,
Mijn vreugd is in dees achter-hoek’

Ik heb al eerder geschreven over de achterhoek die Achterhoek werd. Daar zal in het komende jaar nog veel meer aandacht voor komen.

In april 2015 heb ik aan de ’taskforce’ centrumplan Eibergen een plan gepresenteerd om Willem Sluiter nadrukkelijk zichtbaar te maken in Eibergen. Het nieuwe pleintje aan de Kluiversgang, tegenover villa Smits en in de nabijheid van de kerk waar Sluiter preekte, bood een prachtige gelegenheid daartoe. Sluiter moet er met grote regelmaat langs gekomen zijn, op weg van zijn huis aan de toenmalige Nieuwstraat (nu Hagemanstraat) naar de kerk. Het pleintje ligt op een mooie plek voor binnenkomende toeristen en voor hen die een wandeling willen maken vanuit het dorp naar villa Smits/Openluchttheater/Maat en de Berkel. De foto is een compilatie van de voorstellen met Sluiters dichtregels over de ‘achter-hoek’, Eibergen en de Berkel. Een kunstenaar zal er een geschikte vorm aan geven. Namen voor het nieuwe pleintje werden ook al gesuggereerd: Willem Sluiterplein (niet haalbaar, want er is al een Willem Sluiterstraat), Achterhoekplein en het achterhoekje (met kleine letter). (Foto en compilatie: Bennie te Vaarwerk).

Sluiter werd tot tweemaal toe uit Eibergen verdreven: in 1665-1666 en in 1672. In 1666 keerde hij terug, trof er verwoestingen aan in de kerk (preekstoel en orgel), maar zijn huis was gespaard. In 1672 vluchtte hij naar Zwolle, waar hij in 1673 overleed en in de Grote of Michielskerk aldaar werd begraven.
Het was de vorstbisschop van Münster die de predikant-dichter uit Eibergen deed vluchten. Christoph Bernhard von Galen was in 1650 vorstbisschop van Münster geworden. Van meet af aan liet hij duidelijk weten dat hij de heerlijkheid Borculo weer onder Münsters gezag wilde brengen. De impulsieve kerkvorst zag in 1665 zijn kans schoon, maar had zijn medestanders verkeerd ingeschat, zodat het ‘landoorlogje’,  zoals de Nijmeegse hoogleraar Poelhekke deze bezetting enigszins geringschattend noemde, in april 1666 eindigde met de Vrede van Kleef en Von Galen af moest zien van al zijn oude aanspraken. In 1672 was hij bondgenoot van Keulen, Frankrijk en Engeland. Hij vestigde zich een tijdje op kasteel Borculo, waar enkele pastoorsbenoemingen werden gedaan. Hij liet bovendien een visitatie doen van de kerken in de heerlijkheid Borculo. Dat verslag is de basis voor een artikel over kerkelijk Borculo bij de aanvang van de tweede Münsterse bezetting in 1672, dat in een pdf-bestand geplaatst is op de pagina Kerkgeschiedenis.

Een Eibergs missaal uit de middeleeuwen?

Onlangs maakte het Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers op zijn website melding van de beschikbaarstelling van een ‘nieuwe’ Eibergse bron. Het betreft een gerestaureerd registertje met allerlei zaken de stad Eibergen betreffende, dat als inventarisnummer 116 aan het oud-archief van de stad Eibergen (bloknummer 0025) werd toegevoegd. Het registertje is voorzien van een ‘Middeleeuwse perkamenten omslag’, aldus de melding op de website. Die toevoeging ‘Middeleeuws’ kan er alleen op duiden dat het een beschreven omslag betrof. Afgelopen week heb ik de handschoen maar eens opgenomen om het registertje eens te bekijken. En inderdaad, het had een beschreven perkamenten omslag, beschreven aan buiten- en binnenzijde. Het bevatte Latijnse teksten, die zo op het eerste oog wel eens van kerkelijke afkomst zouden kunnen zijn. Misschien de restant van een blad uit een missaal.

De buitenzijde van het perkamenten omslag. (Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, 0025 Oud-archief Eibergen, inv.nr. 116)
De buitenzijde van het perkamenten omslag. (Erfgoedcentrum Achterhoek en Liemers, 0025 Oud-archief Eibergen, inv.nr. 116)

 

 

De binnenzijde van het missaalblad heeft gevouwen randen, waardoor niet altijd de tekst goed te lezen is. (ECAL, 0025, OA Eibergen, inv.nr. 116)
De binnenzijde van het missaalblad heeft gevouwen randen, waardoor niet altijd de tekst goed te lezen is. (ECAL, 0025, OA Eibergen, inv.nr. 116)

Misschien hoopte ik dat, omdat ik uit een andere bron weet dat het Eibergse misboek (missaal) al in 1572 door de plaatselijke schoolmeester in stukken gesneden was. Een inventaris uit dat jaar van de vicaris van het St.-Anna-altaar in de Eibergse parochiekerk,  Henricus Lembecke, maakt de desolate toestand van de tot de vicarie (en mogelijk ook van de kerk en parochie) duidelijk. Hij schrijft:

Item, dar ys noch eynen gueden kelck toe myt der pateenen [schaaltje waarop de priester de door hem te nuttigen hostie legt voor de consecratie]. Dat misseboeck ys versnedden durch unsen schoelmeysteren. Dye alve [lang wit gewaad voor de priester, te dragen tijdens de mis onder het kazuifel] dye karckmeysteren den koester to eyn rochelijn [overkleed, koorgewaad] gegeven. Dye alterlaeckenne mij heymelijck ontfremdet … van den altaar.  Dye myssegewaete van den woerm verteert. Dye gaerdynen ende dwelen [altaarhanddoek] myt dat behoerlijke iserwerck en wechgenaemen. Dye kerssenkandelers hebbe yck, Henricus, yn dye raedtkyste [archiefkist] doen sluyten. Item  daer synt noch twe wijnpullen sus lange tot den aversten altare [hoogaltaar] gebruyket, myt eyn kystken.’

Kortom, als er nog rooms-katholieke diensten plaatsvonden, dan kunnen deze niet veel meer hebben voorgesteld. De Lutherse Vrouwe van Borculo, gravin-weduwe Maria von Hoya, heeft na het overlijden van haar man, graaf Joost van Bronckhorst, heer van Borculo, in 1553, er alles aan gedaan om de op dat moment bestaande religieuze verhoudingen te handhaven. In de kerken van Borculo, Geesteren, Eibergen en Neede waren al vanaf de jaren ’30 van de 16de eeuw, Lutherse predikanten werkzaam. In de kerk van Eibergen was vanaf 1610 tot 1616 een geestelijke werkzaam, van wie met zekerheid gezegd kan worden dat hij rooms-katholiek was, namelijk Paulus Arresdorf, een familielid van de Münsterse wijbisschop Nicolaas Arresdorf. Deze familie had Grolse wortels. Na de Reformatie in Calvinistische zin, die in de Heerlijkheid Borculo in de maanden januari en februari 1616 plaatsvond, vertrok Arresdorf naar Laag-Elten om daar pastoor te worden.

Ook in een ander Eibergs archiefstuk heb ik al jaren geleden een met een Latijnse tekst beschreven snipper van een perkamenten blad gevonden, nl. in het protocol van de Hof te Vaarwerk in Olden Eibergen. Dat stukje perkament werd gebruikt voor de versteviging van de registerband. Het schrift vertoont zeer sterke overeenkomsten met de missaalrest. Voor mij een aanwijzing temeer, dat de missaalrest uit de Eibergse kerk afkomstig  is.

De beschreven snipper perkament in de registerband van de Hof te Vaarwerk. (Gelders Archief, Huis Verwolde)
De beschreven snipper perkament in de registerband van de Hof te Vaarwerk.  Het protocol of hofboek begint in 1602. (Gelders Archief, Huis Verwolde).

Ik kan natuurlijk niet bewijzen dat het bewaard gebleven blad afkomstig is uit het Eibergse missaal, maar ondenkbaar is het niet. Een kort onderzoek levert wel op dat het een blad betreft uit een (doden)misboek en dat het ook van vóór het Concilie van Trente (1545-1563) dateert. Dat blijkt bijv. uit de graduale inde 4e alinea in de rechterkolom van het binnenblad, waar staat: ‘Si ambulem in medio umbrae mortis non timebo in male: quoniam tu mecum es, Domine; virga tua et balacus tuus, ipsa me consolata sunt’.  Deze tekst werd volgens Robert Chase in het boek Dies irae: A guide to Requiem Music (2003), blz. 3, alleen gezongen vóór het Concilie van Trente. Een vertaling uit 1756 (‘Het Roomsch Misboek’, vol. 2, blz. 204) luidt:

‘Al wandele ik in ’t midden van de schaduwe des doods, zoo zal ik geen quadt vreesen: want gij, Heer, met mij zijt. Uwe stok en uwe staf, die vertroosten mij’.

De KBS-vertaling van de bijbel uit 1995 heeft:

‘Al moet ik door dalen van duisternis en dood, ik ben voor geen onheil bang, want U bent bij mij: uw knots en uw staf geven mij nieuwe moed’ (Psalm 23).

De Oude Mattheus in Eibergen is het enige behoorlijk gaaf bewaard gebleven kerkgebouw in de voormalige Heerlijkheid Borculo. Het koor is het oudste deel (eind 15de eeuw), het schip, dat breder is dan het lang is, kwam in 1500 gereed, en de toren werd na 1544 gebouwd dan wel voltooid.
De Oude Mattheus in Eibergen is het enige behoorlijk gaaf bewaard gebleven kerkgebouw in de voormalige Heerlijkheid Borculo. Het koor is het oudste deel (eind 15de eeuw), het schip, dat breder is dan het lang is, kwam in 1500 gereed, en de toren werd na 1544 gebouwd dan wel voltooid.

Ook andere fragmenten verwijzen al dan niet meer of minder volledig naar Bijbelpassages, maar slechts zelden zijn er volledig overeenkomende tekstedities. Dat maakt plaatsing lastig. Mogelijk zijn er overeenkomsten met bewaard gebleven misboeken uit het bisdom Münster, waartoe de parochie Eibergen behoorde. Er is mede daarom nog wel wat onderzoekswerk te verrichten. Dat het blad uit het misboek uit de middeleeuwen stamt, is alleen al op grond van het schrift vast te stellen. Dat het een blad uit het door de schoolmeester versneden Eibergse misboek betreft, is op zich echter moeilijk te bewijzen. Argumenten zijn er wel: er is in Eibergen  een niet meer in gebruik zijnd misboek geweest, dat door de schoolmeester in of vóór 1572 is verknipt, vermoedelijk ten behoeve van hergebruik. En zo kan het als omslag in gebruik genomen zijn van het omstreeks 1609 aangelegde stadsregistertje. Zie ook dit blog. Voorts is het een misboek dat dateert van vóór het Concilie van Trente. Het kan dus heel goed in onbruik zijn geraakt vóór de melding van het versnijden in 1572. Verder was Eibergen een stadje, waar vermoedelijk alleen maar perkamenten boeken aanwezig waren in de kerk. Toen die in onbruik raakten als gevolg van de kerkhervorming in Lutherse zin (na 1530 in de Heerlijkheid Borculo) of als gevolg van het Concilie van Trente (minder aannemelijk, omdat die hervormingen slechts langzaam doorgevoerd werden en in Borculo stuitten op verzet van de Vrouwe van Borculo) konden ze voor niet-kerkelijke doeleinden in verknipte vorm  ‘hergebruikt’ worden, bijv. als omslag.

De huidige protestantse Oude Mattheuskerk van Eibergen, was vóór de reformatie in Calvinistische zin, in februari 1616, de rooms-katholieke parochiekerk van Eibergen. Na de Reformatie zijn de wandschilderingen, waaronder een complete apostelgalerij, onder de witkalk verdwenen, om in de jaren '70 van de vorige eeuw weer teruggevonden te worden. Let ook op de (alleen in het koor) aanwezige wijdingskruisen en de rijk uitgevoerde kraagstenen.
De huidige protestantse Oude Mattheuskerk van Eibergen, was vóór de reformatie in Calvinistische zin, in februari 1616, de rooms-katholieke parochiekerk van Eibergen. Na de Reformatie zijn de wandschilderingen, waaronder een complete apostelgalerij, onder de witkalk verdwenen, om in de jaren ’70 van de vorige eeuw weer teruggevonden te worden. Let ook op de (alleen in het koor) aanwezige wijdingskruisen en de rijk uitgevoerde kraagstenen.

Al met al beschikt Eibergen over een mogelijk uniek archiefstuk, dat een aanvulling vormt op de toch al rijke middeleeuwse resten in zowel de protestantse Oude Mattheuskerk (goed bewaard gebleven middeleeuwse kerk en wandschilderingen)  en de nabijgelegen nieuwe  r.-k. St.-Mattheuskerk (laatmiddeleeuwse houten  beeldenschat).

Voor meer informatie over het missaalblad, vragen e.d. houd ik mij uiteraard aanbevolen.

Naschrift
De Eibergse missaalrest, zoals het stuk inmiddels in de wandeling heet, is op Open Monumentendag, 10 september 2016, te zien in het Museum de Scheper, ingang aan De Hagen in Eibergen. Een gedeelte van de dag zal ik aanwezig zijn om tekst en uitleg te geven over het stuk en de achtergronden. Er is een doorlopende diavoorstelling (PowerPoint).
Ik beveel aan om aansluitend de tegenover het Museum liggende laatgotische Oude Mattheuskerk van Eibergen te bezoeken, de kerk waarin het missaal tot in de 16de eeuw gebruikt werd. Ook de r.-k. St.-Mattheuskerk is de moeite waard, in dit kader vooral vanwege de in die kerk aanwezige laatmiddeleeuwse beeldenschat.

Bennie te Vaarwerk